De aandelenmarkten hebben een goede week achter de rug liggen. De stier lijkt, ondanks de tegenvallende economische cijfers, de regie weer volledig terug in handen te hebben. De beurskoersen zijn eigenlijk op dit moment niet te vergelijken met de reële economie. Of wordt het beursplaatje ons verkeerd voorgespiegeld?
Als je een blik zou werpen op de koersborden, dan zou je denken dat er weinig in de wereld aan de hand zou zijn. Uiteraard bewegen we nog onder de recordniveaus van afgelopen januari, maar een groot deel van de koersschade is alweer volledig teniet gedaan. Toch is dit met name te danken aan de grootste beursgenoteerde bedrijven. Die aandelen weten immers beduidend beter te presteren dan de ‘kleinere’ aandelen.
Deze bedrijven bepalen voor een groot deel het resultaat van de S&P 500 index
Op de bovenstaande grafiek, afkomstig van The Leuthold Group, is te zien dat de vijf grootste beursgenoteerde bedrijven binnen de S&P 500 index voor 20% het totale resultaat van de toonaangevende Amerikaanse beurs bepalen. Dit percentage lag nog nooit zo hoog. De top 5 bestaat uit: Microsoft, Apple, Amazon, Facebook en Alphabet (Google).
Overigens is het maar de vraag of we hier zo blij mee moeten zijn. De laatste keer dat er immers sprake was van een dergelijk hoog percentage, was in het jaar 2000. En destijds werden de beurzen niet veel later geconfronteerd met een forse beursdaling. Mogelijk is dus juist nu voorzichtigheid geboden.
Afbeelding van Robert Jones via Pixabay
Dit betreft een informatieve uiting en moet niet als persoonlijk beleggingsadvies geïnterpreteerd worden. Klik hier voor het verschil tussen informatie en advies.